Horecazaken kunnen de komende jaren rekenen op een hogere omzet. Vooral restaurants en hotels doen het goed, cafés blijven achter, zo voorspelt ABN Amro in een rapport over de zogenoemde vrijetijdsbranche.

Door de gunstige economische omstandigheden en gestegen consumentenvertrouwen eten, drinken en slapen Nederlanders meer buiten de deur. Ook museum- en bioscoopbezoek neemt toe.

Consumenten geven dit jaar gemiddeld 3,8 procent meer uit aan vrijetijdsbesteding. Ook vorig jaar groeide de branche voor vrijetijdsbesteding. De sector verdiende toen in doorsnee 3,3 procent meer.

Vooral hotels zien de inkomsten stijgen. Wereldwijd gaan steeds meer mensen op vakantie, wat voor Nederland 7,3 procent meer hotelovernachtingen dan vorig jaar zal betekenen. ABN Amro noemt de stijging van de hotelovernachtingen in grote steden adembenemend. Het aantal overnachtingen in Maastricht brak door de grens van een miljoen, een stijging van 22 procent op jaarbasis.

In Den Haag werden 10 procent meer overnachtingen geboekt, in Rotterdam 9 en in Amsterdam 12 procent. Utrecht schoot omhoog met een ‘indrukwekkende 35 procent. Daar komt een verdubbeling van het aantal Airbnb-overnachtingen in de Domstad nog bij.

Meer overnachtingen, maar niet op de camping

De camping is daarentegen minder populair. Waar het aantal overnachtingen in hotels en vakantieparken (plus 4,5 procent in 2018) een groei laten zien, daalt het aantal overnachtingen op de camping. Afgelopen jaar daalde het aantal nachten dat Nederlanders doorbrachten in een tent of caravan op de camping met 8,3 procent.

leisure, vrijetijdsbesteding, horeca

ABN Amro ziet wel kansen voor campings, als zij op de luxe toer gaan, bijvoorbeeld met 'glamping'. Toeristen willen tegenwoordig luxe en comfort.

Uit eten het liefst een beetje luxe

Buitenshuis eten gebeurt ook vaker. Doordat Nederlanders sneller dan voorheen kiezen voor gemak en luxe, verdienen fastfoodzaken en restaurants dit jaar respectievelijk 5 en 6 procent meer dan vorig jaar.

Grote achterblijver is het traditionele café. In tegenstelling tot restaurants en snacktenten presteren conventionele kroegen niet beter dan voor de financiële crisis. Toch verwacht de bank dat ook deze horecazaken hun inkomsten zien stijgen, zij het in een lager tempo dan horecazaken waar je ook een hapje kunt eten.